Suzanne had al jarenlang last van spataderen. Ze vind ze zelf niet zo mooi en heeft haar kortere rokjes daarom in de kast opgehangen. Nadat ze ook niet meer zelfstandig kon tuinieren vanwege de pijn, besloot ze dat ze er helemaal klaar mee was. Een vriendin heeft haar U-Clinic aangeraden en ze heeft meteen een afspraak ingepland. Lees hier haar verhaal.
Jammer die spataderen
Ik kan me geen tijd meer herinneren toen ik geen spataderen had. Ja, rond mijn twintigste met mijn haren in de wind en rokjes zo kort dat het eigenlijk niet kon destijds. Maar ik was trots op mijn mooie lange benen, dus wat mensen dachten vond ik niet zo belangrijk. Nu ben in inmiddels bijna 70 jaar oud en samen met mijn blonde lokken, zijn mijn mooie lange benen verdwaald geraakt in het verleden. Ik denk dat ik het rond mijn 30ste begon op te merken, toen ik zwanger was met mijn oudste zoon Johan. Ik werd wat voller, zoals de meeste zwangere vrouwen, en daar kwamen wat problemen bij kijken. Ik wist destijds niet dat spataderen heel normaal zijn voor zwangere vrouwen, en dacht dat de blauwe kronkels achter in mijn knieën te maken hadden met mijn toenemende gewicht. “Ach ze verdwijnen wel wanneer ik ben bevallen en mijn oude figuur weer terug heb.” Beide zijn niet gebeurd. Ik schaamde mij nooit voor mijn nieuwe lichaam na de bevalling. Wel voor de paarse rivieren die mijn benen hadden overgenomen. In een poging tot acceptatie gooide ik mijn rokjes achterin de kast. Weggooien kon ik niet. Als ik terugdenk aan die tijd kan ik nu zien dat ik ze nog heel graag wilde dragen, maar ik mij gewoon te veel schaamde. De blikken van Anette op kantoor, de opmerkingen van Pieter-Jan die als grap bedoeld waren maar even hard aankwamen; ik beschermde mezelf liever van de pijn hun woorden creëerden.
Inmiddels ben ik gepensioneerd, gelukkig, met 2 prachtige zoons en mag inmiddels oma genoemd worden. Ik doe vrijwilligerswerk bij het buurthuis; (ik heb blijkbaar een hele groene vinger) en ga regelmatig bij mijn vriendinnen langs om eventjes thee te drinken en te praten over het een en ander. (Sommige zouden het roddelen noemen, maar je moet iets te doen hebben op onze leeftijd.) Ik was bij Marissa thuis toen ze de vraag stelde: “Suus, waarom draag je altijd een pantalon als je toch gaat klagen? Een rok is toch veel makkelijker dan.” Ik nam even een momentje om te overwegen of ik zo’n kwebbelkous mijn geheim wilde vertellen, maar ik ken haar inmiddels al twintig jaar en had het al een tijdje geaccepteerd als feit. “Ach die spataderen zijn toch helemaal niet mooi om naar te kijken.” Verklaarde ik afwimpelend.
Ik kreeg een blik terug van verwarring, gevolgd door eentje van begrip. Marissa legde uit dat het helemaal niet uitmaakte hoe andere naar mij keken, maar dat ze wel begreep waarom ik het deed. Blijkbaar had ze tot kort ook last van spataderen. Ze kon niet lang staan zonder pijnsteken of vermoeidheid in haar benen, en haar kuiten en enkels waren helemaal opgezet. Ze stond op van de eettafel en pakte een flyer uit haar keukenla. “Deze mensen hebben mij van mijn pijn afgeholpen.” Dit was mijn eerste indruk van U-Clinic.
Overweging
Toen ik thuiskwam reikte in mijn man Floris de flyer aan. Hij weet hoeveel ik van mijn rokjes hield en hoe fijn ik het zou vinden om ze weer te kunnen dragen. Aangezien ik een gigantische digibeet ben, heeft hij heel lief met mij naar de website gekeken. “Een apart vakje voor spataderen, hebben zoveel mensen er last van dat het in het hoofdmenu staat?” Dat ging er door mijn hoofd heen terwijl mijn man doorklikte naar de symptomen. Ik heb zelf nooit zoveel last gehad van pijnen en ik dacht dat vermoeidheid gewoon een deel was van het ouder worden. Misschien heb ik de hele tijd last gehad van symptomen van spataderen, zonder het zelf door te hebben. Nog een keertje doorklikken. Ik schrok van de lijst met behandelingen. De woorden ‘Duplex’ en ‘Flebectomie’ zeggen mij helemaal niks, maar het werd allemaal gelukkig heel laagdrempelig uitgelegd op hun behandelpagina. Ik keek mijn man verward aan, het was allemaal iets te veel informatie om te verwerken. Hij gaf me een geruststellende klop op mijn rug en stelde voor er een nachtje over te slapen.
Nou veel slaap kreeg ik niet die avond. Er lag ineens een hele wereld voor mij open. Tot vanmiddag dacht ik dat spataderen gewoon iets zijn waar je meer leert leven, ik heb er jaren mee rondgelopen en nu kom ik erachter dat ze zo één twee drie verdwenen kunnen zijn! Om heel eerlijk te zijn voelde ik me op een bepaalde manier verraden door mijn huisarts. Misschien omdat ik nooit klachten opnoemde? Ik geef toe dat ik het zelf ook niet graag naar boven bracht.
Tot in de late avonduren (10 uur, ik ben inmiddels niet de jongste meer) zat ik te piekeren. De volgende ochtend gaf ik Floris zijn boterham en zei met een toon van determinatie.
“Ik ga het gewoon doen!”
Ik zag dat mijn man een beetje schrok van mijn plotselinge energie zo vroeg in de ochtend, maar barste daarna in lachen uit. “Natuurlijk ga je het doen, ik hoor je inmiddels al 30 jaar balen.”
Na het korte ontbijt (ik was een beetje ongeduldig), pakte Floris de tablet erbij en gingen we samen rustig zitten op de bank. Langzamerhand werd ik weer duizelig van alle opties, totdat ik de regel las: “Neem dan gerust contact met ons op. Wij bepalen in gesprek met jou welke methode het beste bij jou past, operatie of niet.” Het voelde alsof mijn longen zich weer vulde met lucht.
“Ik ga ze gewoon bellen joh, een stuk minder moeite”
Na een kort gesprek met een hele aardige arts heb ik te horen gekregen dat ik beter eventjes langs de huisarts kan gaan om een doorverwijzing op te halen. Dan wordt het namelijk vergoed. Ik heb dezelfde week nog een afspraak ingepland.
Mijn behandeling
Met mijn doorverwijzing op zak en een tas vol moed stapte ik uit de auto en over de drempel van U-Clinic. Ik had geen idee wat mij te wachten stond. De mensen aan de telefoon waren heel vriendelijk, maar om er echt te zijn is wel wat anders. Ik werd begroet door de oh zo bekende kliniekgeur, gevold door een duidelijke “Goedemorgen, wat kan ik voor u doen?”
In mijn onhandigheid friemelde ik een papiertje uit elkaar “Ja, ik heb een afspraak om 11 uur” Mijn ogen vlogen naar de klok, die naar mijn gevoel uitpuilde toe ik zag dat ik ruim een half uur te vroeg was. De receptiemedewerker was gelukkig heel begripvol en bood mij wat te drinken aan. Met trillende handen nam ik de koffie aan (alsof ik niet al stijf genoeg stond) en pakte een kruiswoordpuzzel uit mijn tas; mijn steun en toeverlaat in tijden van verveling. Terwijl de klok langzaam wegtikte, zakte ik diep en dieper weg in mijn puzzel. Ik denk dat de receptionist mijn gefrustreerde gemompel wel amusant vond.
“Mevrouw Mulder?” Ik schoot mijn hoofd omhoog, en zag een man staan. Niet jong, niet oud, maar ertussenin. Een aura van zelfverzekerdheid straalde van hem af. Mijn ogen dartte even snel weer naar de klok, een halfuur voorbij. Mijn zo’n kruiswoordpuzzel voelt het natuurlijk als vijf minuten. Ik stond op om meneer een hand te geven en hij stelde zich voor. Hij was kalm en had een heldere stem; een bastoon waar je u tegen zegt. Het stelde me wel gerust. Samen liepen we naar de behandelkamer.
Ik zette mijn inmiddels koude, half opgedronken koffie neer op tafel en maakte mezelf comfortabel. Het voelde als elk ander huisartsbezoekje. Geen gevoel van ongemak te vinden. Ik verraste mezelf met hoe kalm ik zelf was in het uitleggen van mijn frustraties. Dat ik al jaren onzeker was over mijn spataderen, dat ik dacht dat vermoeidheid normaal was, maar vooral dat ik mijn rokjes heel graag weer wilde dragen. Toen het laatste onderwerp ter sprake kwam pikte ik een traantje weg, misschien niet ongemakkelijk, maar verloren jaren doen altijd pijn.
De arts gaf mij een zakdoekje en vroeg me om te gaan staan. Hij legde mij uit wat een Duplexonderzoek was en dat ik er helemaal niks van zou voelen. Blijkbaar kan je zo de aderen beter zien. Ik wist dat dit zou gebeuren, dus koos ervoor om een losse pantalon te dragen. Op deze leeftijd doe je je broek niet graag voor iedereen uit. Na voor, wat voelde als een moment, te hebben gekeken naar mijn spataderen, mocht ik weer normaal gaan zitten. De arts pakte een pamfletje en legde mij het een en ander uit over de oorzaak van spataderen, waarom ik ze kreeg in mijn zwangerschap en hoe we ze het beste kunnen verwijderen. Woorden zoals perforantectomie en flebectobie kwamen weer naar boven, maar hadden minder kracht deze keer. Ik zat inmiddels met een ervaren arts naar opties te kijken. Het is wel fijn om zo nauw betrokken te zijn bij je eigen behandeling. Na wat heen en weer te hebben gesproken, kwamen we uit op sclerocompressietherapie. Dat is een behandeling die gewoon in de kliniek kan worden gedaan. Mijn spataderen worden gewoon weggespoten en het is niet invasief. Het enige waar ik mee zat was het potentiële ongemak van de steunkousen, maar niet alles kan altijd perfect zijn.
We prikte een datum uit en ik liep bijna huppelend uit het pand. Mijn man had wat opmerkingen over de domme lach op mijn gezicht, maar dat deed me niks. Mijn dag kon namelijk niet meer stuk.
De dag van de behandeling was niet heel anders. Ik was deze keer maar een kwartier te vroeg, maar werd na vijf minuten al opgehaald. Ik werd gegroet door het bekende gezicht van de receptioniste en liep met de arts mee naar de behandelkamer.
Eenmaal daar begon mijn hart wel iets sneller te kloppen. De realisatie dat ik een medische ingreep onderging nam mijn hoofd over. De arts tekende met een stift wat stipjes op mijn benen “leuk, extra decoratie voor die blauwe bliksemschichten” dacht ik hardop. Gelukkig werd dat ontvangen met een lachje. Ik nam plaats op de behandeltafel. De arts nam zijn tijd om met een paar prikjes de vaatjes in te spuiten. Om heel eerlijk te zijn voelde ik er niet veel van, maar ik denk dat dat juist goed is.
Hij bracht een verbandkous aan op mijn been, gevolgd door een bruine elastische kous. Niet heel mooi, maar wel functioneel. De arts raadde het daarna af om langdurig te staan of zitten, en om rustig een beetje te lopen. Ik kreeg nog een pamfletje met instructies en kon daarna zorgeloos weer het pand uitlopen.
Na de behandeling waste de vermoeidheid over mij heen. De adrenaline had mijn lichaam verlaten en alles wat over was, was opluchting. Ik nam een kort dutje in de auto, terwijl Floris ons naar huis reed.
Het resultaat
Nou het was geen grap toen ze zeiden dat de steunkousen meer ongemak zouden veroorzaken dat de behandeling zelf. Ik mocht niet douchen met dat ding aan, mocht niet zitten OF staan. In beweging blijven dus. Gelukkig had ik het buurthuis om me bezig te houden. Na zo’n drie weken mocht de kous er eindelijk permanent af. Ik voelde me herboren en rende praktisch naar de spiegel. De rivieren waren weg! Naja, een stuk minder. Als je niet weet dat ik ooit spataderen heb gehad, zou je nooit denken dat ik ze ooit had. De arts verteld dat het nog even kon duren tot ze helemaal verdwenen waren, maar dit was al genoeg voor mij. In volle haast snelwandelde ik naar de kast, pakte het krukje om op te staan en helemaal achterin te kunnen reiken. Ik greep mijn felblauwe rok en de tranen schoten me in de ogen. Het was jaren geleden dat ik zoiets aan heb gehad. Voorzichtig stak ik mijn benen in het midden, en trok het kledingstuk langzaam naar boven; al terwijl ik in de spiegel keek. De destijds te grote rok zat nu als gegoten, alsof ik het had kocht voor dit moment. Ik deed een kleine draai. De rok kwam tot net boven mijn knieën, en je kon je plekken zien waar mijn spataderen ooit hadden gezeten.
In een overvloed van emotie nam ik plaats op het bed en snikte het uit. Ik kan me niet herinneren wanneer ik voor het laatst zo heb gehuild. Floris liep de kamer binnen (begrijpelijk, ik was ook vrij luid) en nam plaats naast me. In stilte sloeg hij zijn armen om mij heen. Woorden waren niet nodig, hij wist hoeveel dit voor mij betekende.
Ik ben diezelfde dag nog naar het buurthuis gegaan. Vele opmerkingen gekregen over hoe ik eruitzag en dat ik buiten mijn comfortzone stapte. In realiteit had ik de hele dag een glimlach van oor tot oor, omdat ik de enige was die wist dat ik eindelijk weer in mijn comfortzone zat.
Ik ben daarna nog spontaan bij Marissa op bezoek geweest. Zij was de enige vriendin die wist van mijn behandeling en de steunkousen. Had ik maar een camera om haar reactie op mijn koelkast te kunnen hangen.
Terwijl ze de ranja inschonk vertelde ik haar het hele verhaal. Hoe ik deze rok jaren geleden al had gekocht, maar te groot was om te dragen. Hoe ik huilde van blijdschap en hoe ze me heeft geholpen met het zetten van deze stap.
De pantalons hebben nu de plekken van de rokken in mijn kast overgenomen. Ik moest natuurlijk een heleboel nieuwe kopen, omdat ze niet meer pasten, maar daar hoor je me zeker niet over klagen. Ik ben nu heel gelukkig en hoop dat ik met mijn verhaal meer vrouwen kan motiveren om deze stap te zetten. Of het nou is omdat je er last van hebt, of zoals mij gewoon je oude mooie benen terug wilt hebben, er is een kliniek die laagdrempelig, betrouwbaar, maar vooral, begripvol is.
“Ik kan eindelijk weer mijn rokjes dragen!”